verhaal 184: Lichtjesavond

De donkere dagen, lichtjesavond op het kerkhof. Tijd om terug te denken aan onze doden. Soms in een onbewaakt ogenblik lijken hij of zij toch even aanwezig.

Als ik een grasmaaier door ons dorp hoor rijden, zie ik vaak het beeld voor me van Jans Scholtemeier. De mensen die al 10 jaar of langer in Witteveen wonen herkennen het meteen. Een lange vrolijke man, markante kop met oranje oorbescherming, reed op de maaier in ons dorp van grasveld naar grasveld. Altijd vrolijk en positief, een striptekenaar had er een prachtig plaatje van kunnen tekenen. Vertrok op leeftijd naar de voorzieningen in Westerbork en kwam nog eenmaal, gestrekt, langs zijn geliefde huis aan de Talmaweg. Wietske was hem net voor.

Wanneer in de verte op bospad naast ons huis een schim het bos inwandelt denk ik in een onbewaakt ogenblik vaak dat Yvonne daar loopt met haar hond. Pas nog maar is zij overleden; actief geweest in Dorpsbelang, zelfs ook onze grasmat gemaaid. Ze straalde weinig lol uit, wij noemden haar, misschien niet zo vriendelijk, ¨bosje touw¨. Een dorpsgenoot verzon deze bijnaam vanwege haar ruige haardos. Het zat haar niet mee, ze stierf te vroeg.

Regelmatig krijg ik opmerkingen over mijn vele fietstochten. Vaker nog dan Jans maaide, maar minder vaak dan Yvonne wandelde, peddel ik in malle fietskleren door ons dorp.

Hoe lang nog zal, in een flits, een dorpsgenoot Uw columnist nog zien rondfietsen, terwijl deze al aan de verkeerde kant van het gras van de Talmaweg ligt ? Welke bijnaam blijft nog even hangen vooraleer ook ik definitief naar de vergetelheid ben gefietst ? De verwarde haardos deel ik met Yvonne.

Kanweg

Kan weg water zijn ? In Witteveen zeker, daarmee doel ik niet op de onvermijdelijke zeespiegelstijging, natte voeten krijgt men eerder in het westen.

Recent toevallig tweemaal op mijn donder gehad door oer-Witteveners.

De eerste keer toen ik verhaalde over een kleurrijk ijsvogeltje, door mij gezien aan de Middenraai. Ik kreeg meteen de wind van voren.

De tweede keer sprak ik, vanwege de vele Hagenaars in ons dorp, gekscherend over Witteveen als Residentie aan de Middenraai. Ik kon meteen een dolk tussen mijn ribben krijgen.

Toegegeven, ooit stond ook mijn wieg in Den Haag, maar dat was het probleem niet. Nee het stuk tussen de bebouwde kom van ons dorp en de Mantingerdijk heet Kanweg !! en niet anders. Dit moest ik goed in mijn oren knopen. In Nieuw Balinge staan de huizen aan de Middenraai, maar in Witteveen woon je aan de Kanweg. Uiteraard pas ik mij aan, hoewel het mij als vogelliefhebber moeilijk valt om te verhalen over een ijsvogeltje dat visjes vangt in de Kanweg.

Over ijsvogels; er is inmiddels een vaarverbod bij de aanlegsteiger van de haven van Witteveen. Niet omdat, na de eerste nachtvorst, de ijsvereniging hoopt op schaatsen. Nee voor schaatsen en de kantineomzet hebben we een prachtige eigen ijsbaan. Ons ijsvogeltje heeft namelijk de rust nodig. Het lijkt of ze aan de haven is gaan wonen.